Een vraag? Een suggestie?
Tel.: 015 78 7600
Mail: klant.BE@wolterskluwer.com
Vul het formulier in


Verkeersvademecum 2023 (NIEUW)



In editie 2023 van het Verkeersvademecum werden alle wetswijzigingen verwerkt tot en met 1 december 2022. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop, waar u ook een overzicht vindt van de verwerkte wetswijzigingen.

Interventiezakboekje 2023 (NIEUW)



Het Interventiezakboekje 2023 bestaat uit 73 alfabetisch geordende fiches. Zij geven uitleg over de wettelijke en bestuurlijke aspecten van verschillende soorten interventies. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop.
 

Zakboekje strafrecht 2022



Het Zakboekje Strafrecht is een onmisbaar werkinstrument voor iedereen die beroepshalve met het strafrecht omgaat. Voor politieambtenaren onmisbaar om betrouwbare pv’s op te stellen. U kunt het boek meteen bestellen via onze webshop.

Wetboek wegverkeer en wegvervoer



Het Wetboek wegverkeer en wegvervoer bevat alle belangrijke verkeersgerelateerde wetteksten die van toepassing zijn in Vlaanderen. Daardoor is het boek een onmisbaar werkinstrument voor de dagelijkse politiepraktijk en tijdens de politionele opleidingen. U kunt het wetboek meteen bestellen via onze webshop.

Tot 20% korting op onze politiepublicaties

Wolters Kluwer heeft een uitgebreid gamma aan zakboekjes over politiethema's: o.a. verkeer, interventie, politiestatuut, strafrecht en milieuhandhaving. Bekijk het volledige aanbod in onze webshop en krijg tot 20% korting bij de aankoop van meerdere exemplaren voor uw korps of dienst.

Wetgever sleutelt aan aanwervings- en benoemingsprocedures politie

Nieuws - 08/01/2014
-
Auteur 
Laure Lemmens


De federale wetgever sleutelt aan het statuut en de rechtspositie van het politiepersoneel. Daarbij wijzigen voornamelijk de selectie-, aanwervings- en benoemingsprocedures. Nieuw is bijvoorbeeld het moraliteitsonderzoek bij de selectie van Calog. Verder wordt onder meer het recht op kosteloze rechtshulp uitgebreid, wordt de federale politieraad verplicht om advies te geven over alle nieuwe politieopdrachten en kunnen personeelsleden die een medische aandoening verzwijgen, ontslagen worden zonder opzeggingstermijn.
Politieambtenaren en ex-politieambtenaren die verdacht worden van bepaalde feiten gesteld tijdens de uitoefening van hun functie, hebben voortaan recht op bijstand van een advocaat ten laste van de overheid. En dit vanaf het vertrouwelijk overleg voorafgaand aan het eerste verhoor. Momenteel voorziet de Wet op het Politieambt alleen in kosteloze rechtshulp vanaf het ogenblik dat de strafvordering wordt ingesteld.
Meer concreet zullen de gemeenten, de meergemeentezones en de Staat de bijstandskosten van de advocaat vergoeden
van personeelsleden die verdacht worden van misdrijven bestraft met een correctionele hoofdgevangenisstraf van een jaar of meer (behalve misdrijven m.b.t. het verkeer) zonder dat ze van hun vrijheid zijn beroofd; en
van personeelsleden die werden opgesloten in het kader van de voorlopige hechtenis.
De rechtshulp kan geweigerd worden voor feiten die geen betrekking hebben op de uitoefening van de functie of wanneer het personeelslid een opzettelijke of zware fout heeft begaan.
Deze uitbreiding van de rechtshulp komt er voornamelijk als ondersteuning van de personeelsleden van het operationeel kader die tijdens de uitoefening van hun functie geweld of andere bijzondere bevoegdheden hebben moeten gebruiken en daardoor het voorwerp zijn geworden van een klacht of vervolging.
Advies federale politieraad bij elke nieuwe opdracht
De federale regering wil het effect evalueren van de beslissingen die door de uitvoerende (federale of regionale) overheden worden genomen op de algemene werking van de politiediensten. Voornamelijk om te weten of de nieuwe taken kunnen worden uitgevoerd met de bestaande operationele capaciteit. Daarom is de federale politieraad voortaan verplicht om bij elk ontwerp van wet of besluit dat nieuwe officiële opdrachten toekent aan de lokale of federale politie advies te geven.
Schorsing hoedanigheid agent of officier bestuurlijke of gerechtelijke politie
De Koning krijgt de bevoegdheid om de gevallen te bepalen waarin de hoedanigheid van agent of officier van bestuurlijke politie wordt geschorst. Hetzelfde geldt voor de agenten of officieren van gerechtelijke politie. Dit moet bevoegdheidsconflicten vermijden die kunnen ontstaan wanneer agenten of officieren tijdens bepaalde langdurige verloven andere beroepsactiviteiten uitoefenen. Momenteel behouden ze in deze gevallen immers hun hoedanigheid als agent of officier van bestuurlijke of gerechtelijke politie.
In de memorie van toelichting schuift men onder meer het verlof voor opdracht van algemeen belang of het verlof voor het uitoefenen van een ambt bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördinatie of een cel algemeen beleid, bij het kabinet van een federaal, gemeenschaps-, gewestelijk, provinciaal of lokaal politiek mandataris of bij het kabinet van een politiek mandataris van de wetgevende macht naar voor.
Benoeming en aanwerving op lokaal niveau
De benoemings- en aanwervingsprocedure op lokaal niveau wordt vereenvoudigd. Momenteel kan alleen de gemeente- of politieraad personeelsleden benoemen of aanwerven (behalve de hogere officieren die door de Koning worden benoemd). Door het geringe aantal vergaderingen van deze raden lopen de benoemingen vaak nodeloos vertraging op. Daarom zullen ze hun benoemings- en aanwervingsbevoegdheid vanaf nu kunnen delegeren aan de burgemeester of het politiecollege. Maar alleen wanneer het resultaat van de selectieprocedure formeel wordt bevestigd.
De benoemings- en aanwervingsbesluiten die genomen zijn bij delegatie zijn, net als de besluiten van de gemeente- en politieraad, onderworpen aan een algemeen administratief toezicht. Een eensluidend verklaard afschrift wordt aan de gouverneur bezorgd.
Aanwerving Calog niveau A
De contractuele personeelsleden van het administratief en logistiek kader van niveau A binnen de federale politie worden niet meer aangeworven door de minister van Binnenlandse Zaken, maar door de directeur-generaal van de algemene inspectie van de ondersteuning en het beheerd van de federale politie.
De benoeming van deze personeelsleden blijft wel in handen van de minister.
Basisoverlegcomités voor externe organismen
De Koning kan voortaan basisoverlegcomités oprichten voor externe organismen van de federale uitvoerende macht waarbinnen personeelsleden van de politiediensten zijn tewerkgesteld. Het gaat dan bijvoorbeeld over de sociale dienst bij de geïntegreerde politie.
Uit de memorie van toelichting blijkt dat het aangeraden is om één of meer overkoepelende basisoverlegcomités te voorzien omdat in bepaalde externe organismen slechts een gering aantal politiepersoneelsleden werken.
Militairen langer aan het werk bij politie
Militairen die sinds de politiehervorming binnen de politiediensten werken, zijn niet langer gebonden aan de verplichte pensioenleeftijd uit het militair statuut. Militairen die dat willen, kunnen voortaan tewerkgesteld blijven tot het einde van het trimester waarin ze 65 jaar worden. Terugkeren naar het leger is echter niet meer mogelijk wanneer ze de verplichte pensioenleeftijd uit het militair statuut hebben bereikt.
Werken na 65 jaar kan ook, maar in dat geval geldt de regelgeving van het federaal openbaar ambt.
Wachtgeld bij verlof voor pensioen
Het wachtgeld van het politiepersoneelslid dat een verlof voorafgaand aan zijn pensionering geniet, wordt berekend op basis van het oude geldelijke statuut, en dat onafhankelijk van de statuutkeuze van het personeelslid. Het gaat hier om een verduidelijking. De bestaande regels blijven behouden.
Behoud OGP-HPK-hoedanigheid
De hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings blijft behouden in geval van de ononderbroken aanwijzing in een betrekking van een recherchedienst van de lokale politie of van de algemene directie gerechtelijke politie. Voorwaarde is wel dat de aanwervende overheid dit beslist en het behoud van hoedanigheid in de oproep tot kandidaatstelling van de mobiliteit wordt vermeldt. Er geldt een overgangsbepaling.
Externe werving gespecialiseerd middenkader
Het vergelijkend examen bij de externe werving van het gespecialiseerd middenkader verdwijnt. Hierdoor krijgt de aanwervende politiedienst de kans om te kiezen tussen alle geschikt bevonden kandidaten.
Exodus-wet
Kandidaten voor een betrekking van het operationeel kader zullen voortaan mogen deelnemen aan de selectieprocedure ook al slaagden ze niet voor het hoger kader als aspirant of stagiair. Een kandidaat die bijvoorbeeld niet slaagde in de basisopleiding van het officierskader mag nu dus wel deelnemen aan de selectieproeven van het basiskader.
Nieuw is ook dat de deliberatiecommissie de tijdspanne tussen de bekendmaking van het niet slagen voor een selectieproef en een nieuwe inschrijving kan inkorten. In principe bedraagt die periode één jaar.
Moraliteitsonderzoek bij selectie Calog
Tijdens de selecties voor een betrekking van het administratief en logistiek kader kan voortaan een moraliteitsonderzoek worden uitgevoerd. De Verzamelwet Binnenlandse Zaken creëert hiervoor een wettelijke basis in het RPPol. Een gelijkaardige regeling wordt ingevoerd voor kandidaten van het operationeel kader die wensen heropgenomen te worden.
De Exodus-wet bevat de rechtsgrond voor dergelijk onderzoek van de omgeving en de antecedenten voor de personeelsleden van het operationeel kader.
Sociale promotie operationeel politiepersoneel
Een personeelslid van het operationeel kader dat eerder geen voldoening kreeg voor de basisopleiding of voor de stage van een hoger kader, maakt voortaan kans op sociale promotie (bevordering door overgang naar een hoger kader). Voorwaarde is wel dat hij 6 jaar kaderanciënniteit moet hebben opgebouwd na het niet slagen voor de basisopleiding van het beoogde kader. Dat geldt ook voor wie na ontslag of herplaatsing wegens beroepsongeschiktheid als stagiair wil deelnemen aan de selectieproeven in het kader van de sociale promotie.
De federale wetgever zorgt ook voor meer coherentie tussen de selectieprocedure bij externe aanwerving en de selectieprocedure bij bevordering door overgang naar een hoger kader. Een personeelslid van het operationeel kader kan bijvoorbeeld niet meer deelnemen aan een selectieprocedure voor bevordering door overgang naar een hoger kader wanneer hij al 3 keer gefaald heeft. De deelnames die plaatsvonden vóór de inwerkingtreding van de Verzamelwet Binnenlandse Zaken, worden niet aangerekend.
Ontslag zonder opzeggingstermijn bij verzwijgen medische aandoening
Een personeelslid dat bij zijn aanwerving bewust verzwijgt dat hij lijdt aan een belangrijke medische aandoening of dat hij betrokken is bij politionele en/of gerechtelijke onderzoeken kan voortaan zonder opzeggingstermijn worden ontslaan. De politionele en gerechtelijke onderzoeken waarbij de betrokkene later als getuige optreedt, worden niet in aanmerking genomen.
Uit de memorie van toelichting wordt duidelijk welke medische aandoeningen bedoeld worden. Het gaat om ‘iedere aandoening die zorgt dat de kandidaat die eraan lijdt niet beantwoordt aan het vereiste medische profiel voor de betrokken functie’.
Toelage syndicale afgevaardigden Algemene Inspectie
Sinds 15 juni 2007 ontvangen alleen nog de personeelsleden die effectief een functie uitoefenen binnen de Algemene Inspectie een toelage. Voor die datum hadden ook de leden van de Algemene Inspectie, vaste syndicale afgevaardigde, recht op die toelage. Maar omdat zij geen effectieve functie uitoefenden, verloren zij dit recht. Dat wordt nu – bij wijze van overgangsmaatregel – heringevoerd. Op voorwaarde dat ze hun hoedanigheid behouden.
Heroverweging bij tuchtraad
Het personeelslid aan wie een zware tuchtstraf wordt voorgesteld, kan tegen deze beslissing een verzoek tot heroverweging instellen bij de tuchtraad. En dat binnen tien dagen nadat hij de beslissing van de tuchtraad heeft ontvangen.
 
Momenteel bepaalt de Tuchtwet niet wat die termijn is wanneer de vervaldag op een zaterdag, zondag of wettelijke feestdag valt. Een situatie die volgens het Grondwettelijk Hof discrimineert omdat sommige personeelsleden over een kortere termijn beschikken dan anderen. De federale wetgever bepaalt daarom dat de termijn in die gevallen wordt verlengd tot de eerstvolgende werkdag.
Wanneer de hogere tuchtoverheid instemt van het advies van de Tuchtraad om een zwaardere tuchtstraf op te leggen, kan het betrokken personeelslid vanaf nu een verweerschrift indienen. Ook hier geldt een termijn van 10 dagen.
In werking
De wet van 21 december 2013 wijzigt de Wet op het Politieambt, de Wet op de Geïntegreerde Politiedienst, de Mozaïekwet, het RPPol, de Tuchtwet en de Exodus-wet. De meeste aanpassingen treden in werking op 10 januari 2014, 10 dagen na publicatie in het Belgisch Staatsblad. Voor een aantal wijzigingen geldt een retroactieve datum van inwerkingtreding.

Bron:  Wet van 21 december 2013 houdende diverse bepalingen Binnenlandse Zaken (art. 16-59), BS 31 december 2013.

Extra informatie: Wetsontwerp houdende diverse bepalingen Binnenlandse Zaken, Parl. St. Kamer, nr. 53K3113/001.