Vanaf 1 januari 2017 verhoogden de opdeciemen voor strafrechtelijke geldboeten met 33%. Vanaf 1 mei 2017 stegen ook de tarieven voor onmiddellijke inning en consignatie voor overtredingen op de Wegverkeerswet en de uitvoeringsbesluiten ervan met 5%. Als gevolg van die twee wijzigingen acht het College van procureurs-generaal het noodzakelijk om ook de tarieven van de minnelijke schikkingen vanaf 1 mei 2017 aan te passen. De meeste tarieven stijgen ongeveer met 33%.
De richtlijnen inzake de tarieven van de minnelijke schikkingen worden opgesomd in omzendbrief COL 10/2006. Die richtlijnen dragen bij tot een eenvormig opsporings- en vervolgingsbeleid inzake verkeersmisdrijven. Ze houden nadere toelichtingen in betreffende de “minnelijke schikking” als modaliteit om inbreuken te beteugelen op de (uitvoeringsbesluiten van de) Wegverkeerswet. De richtlijnen doen echter geen afbreuk aan de beoordelingsbevoegdheid van de procureur des Konings, die oordeelt over de opportuniteit van de vervolging, overeenkomstig artikel 28quater van het Wetboek van strafvordering.
In de praktijk wordt de minnelijke schikking voorgesteld wanneer het openbaar ministerie oordeelt om de overtreder niet meteen te dagvaarden op de rechtbank wanneer de onmiddellijke inning niet wordt betaald of wanneer er geen onmiddellijke inning wordt voorgesteld.
Bevel tot betalen
Opvallend: het bedrag van de minnelijke schikking voor overtredingen van de eerste graad (waartoe ook over overtredingen inzake de al dan niet commerciële inschrijving behoren) en tweede graad ligt hoger dan het wettelijk bepaalde bedrag van het bevel tot betalen. Het bedrag van het bevel tot betalen is immers vanaf 1 juli 2017 vastgelegd op het bedrag van de onmiddellijke inning, verhoogd met 35%. Neem bijvoorbeeld een overtreding van de eerste graad: bij onmiddellijke inning betaalt de overtreder 58 euro, bij een minnelijke schikking 85 euro en bij een bevel tot betalen 78 euro. De toekomst zal uitwijzen of het hier om een materiële vergissing gaat dan wel een voorteken is dat het bevel tot betalen in de praktijk niet zal worden toegepast.
(1) Voor feiten begaan vanaf 1 mei 2017. (2) De datum waarop de feitn werden begaan is bepalend. Indien blijkt dat de onmiddellijke inning niet werd voorgesteld, daar waar dit mogelijk en aanbevolen was, of dat de reglementaire betalingsmogelijkheden niet beschikbaar waren, kan het openbaar ministerie een minnelijke schikking van een zelfde bedrag als dat van de onmiddellijke inning voorstellen. (3) Koninklijk besluit van 1 december 1975 betreffende de politie over het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg. (4) Overtredingen op het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen. (5) Inbreuken op artikel 2, § 1 en 3, § 1 KB 20 juli 2001. (6) Overtredingen op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 tot regeling van de inschrijving van de commerciële platen voor motorvoertuigen en aanhangwagens. (7) Inbreuken op artikel 2, § 1 en 3, § 1 KB 20 juli 2001. (8) Behalve indien er sprake is van de bijkomende omstandigheid van verkeersonveilig gedrag, de betrokkene een ongeval met lichamelijke schade veroorzaakt heeft of indien de betrokkene in staat van dronkenschap verkeert. (9) Enkel indien de overtreder geen woonplaats of vaste verblijfplaats in België. (10) Niet mogelijk voor personen met een woonplaats of vaste verblijfplaats in België. Voor personen zonder een woonplaats of vaste verblijfplaats in België is het bedrag van de onmiddellijke inning bepaald op 1260 euro. (11) Herhaling in de zin van deze omzendbrief houdt het plegen in van een overtreding van de tweede, derde of vierde graad of van welke snelheidsovertreding ook binnen de drie jaren na de datum van de laatste definitieve veroordeling of van de vorige minnelijke schikking uit hoofde van een zware overtreding. In de huidige stand van de informaticatoepassingen zal slechts herhaling voorzien worden die onmiddellijk kan worden vastgesteld, d.w.z. zonder bijkomende onderzoeken.
Bron: COL 10/2006 - Uniforme tarifering van geldsommen waarvan de betaling de strafvordering doet vervallen - wegverkeer - uniforme tarifering van de minnelijke schikkingen (herziene versie d.d. 11 mei 2017)
Extra informatie:
- Nieuwsbericht ‘Strafboetes pak duurder door verhoging opdecimes’ van 2 januari 2017 op Polinfo.be
- Nieuwsbericht ‘Tarieven voor onmiddellijke inning verkeersovertredingen 5 procent hoger vanaf 1 mei’ van 28 april 2017 op Polinfo.be
- Nieuwsbericht ‘Verkeersboete 35% duurder voor wanbetalers vanaf 1 juli 2017’ van 4 januari 2017 op Polinfo.be