Verkeerslichten
Het gebruik van spitsstroken wordt geregeld door verkeerslichten boven de rijstroken. Verkeerslichten die boven rijstroken of andere delen van de openbare weg zijn geplaatst hebben volgende betekenis:
• | een rood licht dat de vorm heeft van een kruis betekent verboden richting op de rijstrook of het deel van de openbare weg behalve voor prioritaire voertuigen, takeldiensten en personen of diensten opgeroepen door het openbaar ministerie of door de federale of lokale politie om zich naar de plaats van een incident te begeven op of langs de autosnelweg; |
• | een groen licht dat de vorm heeft van een naar onder gerichte pijl betekent toegelaten richting op de rijstrook of het deel van de openbare weg; |
• | het oranje licht, eventueel knipperend, dat de vorm heeft van een schuin naar onder gerichte pijl betekent verboden richting, behalve om de rijstrook of het deel van de openbare weg te verlaten in de richting die door de pijl wordt aangegeven en met uitzondering van prioritaire voertuigen, takeldiensten en personen of diensten opgeroepen door het openbaar ministerie of door de federale of lokale politie om zich naar de plaats van een incident te begeven op of langs de autosnelweg. |
Geen verkeer toegelaten
Wanneer deze verkeerslichten niet werken, is verkeer op spitsstroken niet toegelaten. Behalve
• | prioritaire voertuigen, takeldiensten en personen of diensten opgeroepen door het openbaar ministerie of door de federale of lokale politie om zich naar de plaats van een incident te begeven langs of op de autosnelweg; |
• | om de autosnelweg op te rijden of te verlaten; |
• | om van richting te veranderen. |
1 oktober 2016
Het KB van 21 juli 2016 in werking op 1 oktober, de eerste dag van de maand na afloop van een termijn van 10 dagen na publicatie in het Belgisch Staatsblad.